RONDOM DE WITTE KERK
(vervolg)
Op de plek waar sinds 1927 het huidige raadhuis is verrezen,
stond omstreeks 1850 een voor die jaren "kollesale" villa,
genaamd "Huis Overweg".
Het was de ambtswoning van burgemeester Pieter Lucius
Wentholt, die daar met zijn vrouw Jkvr. Jeannette Agnes van
Foreest bijna 30 jaar heeft gewoond en aldaar is overleden.
Het huis is daarna een tijdlang bewoond geweest door een
zekere Holsman.
"Huis Overweg", een flink gebouw met ruime hoge vertrekken
waarin veel lucht en licht aanwezig was en waarbij aan de
zuidkant enkele hectaren bosgrond behoorde, werd in 1894
door mejuffrouw M.E. Beets ingericht als een herstellings
oord voor zwakken en rust behoevenden, een verpleeghuis
dus. Maar toen dr.T. Hoekstra zich in 1896 in Heiloo als
huisarts vestigde, bracht hij al spoedig een longlijdster - een
uit Davos als ongeneeslijk naar huis gezonden huisvrouw -
naar "Huis Overweg".
Het was een proef, maar het resultaat met de genezing van
de patiente was van dien aard, dat besloten werd vanaf 1897
geen andere patiënten meer op te nemen dan die met long
tube rculose
"Huis Overweg" was het eerste sanatorium voor longlijders
in Nederland. Ruim een jaar nadat het was ingericht, begon
dr. Haentjes zijn sanatorium in Putten; daarna volgden andere
sanatoria
Bij het huis hoorde een groot terrein met bosschages waar
de patiënten in tentjes en op ligstoelen van de buitenlucht
en het zonlicht konden genieten.
Zuster Beets had de leiding tot 1906, toen werd de verpleging
overgenomen door de zusters Blommendaal en Heukers.
In 1910 werd door een drietal patiënten Hans Wap, J. van
Lindonk en Johan Luger, ter herinnering aan hun verblijf
in "Huis Overweg" een boekje samengesteld, dat voornamelijk
verspreid werd onder patiënten en oud-patiënten.
Huisknecht in het sanatorium was de heer Schoen, die later
ook kelner geweest is in de voormalige "de Rustende Jager".
13