kon de taak van de jachtopziener, net als in het verleden de duinmeier, zien als het beheren van de fauna in het duingebied. Toen het jachtrecht na de oorlog in handen kwam van de PWN konden de jagers inschrijven om voor één dag te jagen. Daar was zoveel belangstelling voor dat er moest worden geloot. De jagers mochten dan de helft van wat ze hadden geschoten behouden, de rest ging naar de poelier. Ook het wild wat de jachtopzieners buiten de jacht vingen (b.v. met lichtbakken) ging naar de poelier. Natuurlijk valt er nog veel meer te vertellen over het Jachthuis, zijn bewoners en de jacht. We hebben dan ook niet de illusie dat in dit artikel dit onderwerp uitputtend is behandeld. Wellicht dat er lezers zijn die na het lezen van dit artikel nog de nodige aanvullende verhalen en/of foto's hebben. We houden ons aanbevolen.Q 81 Afb. 7 Jachtdag in de Egmondse duinen Bronnen 1 Bijl, Rita en Aarnout Leijnse, Vier eeuwen Waterrijk, Egmond-Binnen 2009, blz. 50-65 2 Bakker, Arie, Café 't Haasje in Eeuwkrant Egmond-Binnen, december 1999, blz. 15 Geestgronden, 17 (2010), nr. 3

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Geestgronden - Egmonden | 2010 | | pagina 13