HlI) VOOR DE ZIELEN VAN ZALIGER
JOANNES. SIMON EN CATHARINA BAKKUM,
uit de Egmonder-Meer, op den 28sten Augustus 1869
in de nabijheid van Alkmaar door den spoortrein
overredenten gevolge waarvan ze op eens alle drie
rampspoedig werden uit het leven gerukt op een
leeftijd van tusschcn de 2030 jaren.
Op den 31 sten Augustus daaraanvolgende zijn hunne
lijken in een eigen graf op de R. K. begraaf
plaats te Rinnegom begraven.
O dwaze mcnschwaarom denkt ge toch lang te
zullen leven, daar ge geen enkelen dag zeker hebt? Ach,
hoe velen zijn geheel onverwachts uit het leven ge
rukt! Want op het uur waarop ze er niet tuin dach
ten is de Zoon des menschen gekomen.
Navv. Chr. BI. II. 23.
Als het ochtend isdenk dan dat gij den avond
ui t zult bereiken; is het echter avond geworden, zoo
waag het niet om op den morgen veel te rekenen.
Somtijds volgt op een blij en vrolijk uitgaan, eene'al-
lerdroevigste thuiskomstT aji. en H. 20
Doch al wordt een regtvaardigc door den dood ver
rast, zal hij in verkwikking zijn. Sap. IV: 17.
W ie die hier niet schreijen zoude
Die de wreede smart aanschouwde
Welk het moederhart verscheurt?
Slabat Maler.
Lieve Jesus, geef hun de eeuwige rust.
Maria, moeder der smarten, bid voor hen.
Te Oudorp bij Juhuunes Hoek.
Afb. 19: Het tussen de familiestukken aangetroffen bidprentje
De Alkmaarsche Courant van 5 september 1869 meldde onder de rubriek
'burgelijke stand' bij de overledenen, dat Johannes, Simon en Trijntje Bakkum
uit Egmond-Binnen, zoons en dochter van wijlen Arie Bakkum en van Aafje
Weel op 28 augustus op dertig-, achtentwintig- en twintigjarige leeftijd
waren overleden.
82
Geestgronden, 9(2002nr. 2/3