er, er, graver ÜMF"1-*" Dymph Molenaar Uitvaartvereniging Callantsoog bestond in 2010 zeventig jaar. Bijzonder voor een 'dorpsvereni ging' en reden genoeg om er aandacht aan te besteden. Vroegere medewerkers vertellen over hun werkzaamheden of die van anderen die er niet meer zijn. Deze keer grafdelvers en klok kenluiders aan het woord. Deze functies behoorden niet tot die van de vereniging, maar werden uitgevoerd door de gemeente. Cor Bijpost was voorman van de gemeentewerkers en kreeg bericht van het gemeenthuis als er iemand gestorven was. Hij gaf opdracht aan de grafdelvers met hun werk te beginnen. Theo Janson (75) Als eerste Theo aan het woord: "Op het kerkhof ston den genummerde paaltjes die de beschikbare plekken aangaven. Kwam de opdracht bij een zeker nummer een graf te maken, dan begon ik 's morgens om 7 uur en was bezig tot meestal 9 uur, de beste tijd om te graven. Deed je het later op de dag, dan kreeg je last met het droge, losse zand en stortte het gat in. De kans daarop was nog groter als er naast de graafplek een nieuw graf lag. Vre selijk dat werken in het zand. Om instorten tegen te gaan werd er met schotten gewerkt, indien nodig aan vier zij den. Steeds 20 centimeter graven, planken aanbrengen en stutten ertussen. Al gravende vort schoof het geheel mee omlaag als een bekisting. Soms boog een midden schot door, dan had je een probleem. Overnieuw begin nen, anders paste de kist er niet in. We werkten altijd verplicht met z'n tweeën, voor het geval dat er bijvoor beeld een instorting plaatsvond tijdens het graafwerk of dat er iemand in de gegraven kuil viel. Mijn collega's waren meestal Piet Bleijendaal en Willem Rampen, ook allebei in dienst bij de gemeente. Het materiaal - bekis tinghout en planken - om een graf netjes 'aan te kleden' voor een teraardebestelling stond opgeslagen in het stookhok van de kerk. Naderhand in een ruimte in het uitvaartcentrum." Zand "Bij het aanleggen van een nieuw graf had je altijd acht tot tien kruiwagens grond over, van dat mooie witte zand. Zonde om het weg te gooien. Het werd op een wagen geladen en bij iemand bezorgd die aangegeven had het goed te kunnen gebruiken. (Zo is er bijvoorbeeld veel van dat zand gebruikt bij het bouwen van winkelcentrum Plein 22). Een graf moest 190 centimeter diep zijn. Men rekende ongeveer 50 centimeter hoogte per kist. Kon ik niet meer over de rand kijken met mijn 1 meter 83 dan zat ik goed. De bekisting was gewoon naturel houtkleur. De planken boven om het graf heen ook. Last van grond water hebben we nooit gehad. We waren uit zicht als de begrafenis plaats vond en maakten naderhand het graf dicht." Dienstpak Later werd Theo voorloper op het kerkhof, officieel in het pak. Hij regelde de ceremonie zodra het kerkhof betre den werd. Bij het ingangshek wachtte hij de stoet op en liep vervolgens voorop naar het graf. De familie stelde zich op rond het graf. Was de kist op de goeie diepte - maaiveldhoogte of verder naar beneden - dan trokken dragers en voorloper zich terug. Begraafwerk speciaal "Een kist kon met touwen neer worden gelaten in het graf. Als er geen touw genoeg was, dan leende ik dat in Den Helder bij Jan Raaimakers. De kunst was het soepel en gelijkmatig te laten verlopen, met touwen die even lang waren. Het viel de mannen van de uitvaartver eniging niet mee, het kwam niet vaak voor. Ze werkten meestal met een lift, dus het touwwerk vonden ze heel vreemd in het begin. De met de hand bedienbare graflift was een handig werktuig bij uitvaarten. Het daaltempo kon je er goed mee regelen. Zachtjes werd er aan het lifthendeltje gedraaid zodat de kist langzaam zakte. Al voor de familie bij het graf kwam was de lift over het graf heen aangebracht en de kist kon er zo opgezet worden. Na de plechtigheid, als iedereen vertrokken was werden de liftkabels er onderuit gehaald." Familiegraven "We moesten ook wel eens ruimte maken in een familie graf als er iemand bijgezet ging worden. De kisten waren vaak vergaan als er lange tijd tussen zat. Groeven we schedels en botten op, die we in plastic zakken deden. Na afloop van de begrafenis plaatsten we de zakken aan het voeteneind en sloten het graf. Op een keer diepten we ook zo'n graf uit. Op de aanwezige kist bracht je een dun laagje zand aan. En daar kwam de volgende kist op te staan. Piet ging op de kist staan en zakte er finaal doorheen! 'Grote' Henk Bakker moest begraven worden, maar er lag een zeeman in zijn graf. Verdronken zeelui lagen al tijd in een zinken kist. Die moest er uit en naar een an dere plek gebracht. Dat was me toch een zwaar en geur onvriendelijk karwei. Iemand had een fout gemaakt met het toewijzen van een beschikbaar graf. 31

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Clock van Callens-Ooghe | 2011 | | pagina 11