N(CV~&Y CL cLotU W/L(vtrwlq) A Jaap de Vries AAN HET TEKENBORD Nadat ik me goed en wel had geïnstalleerd, moest ik op zoek naar werk. Wekenlang werd er niets geadverteerd dat in mijn lijn lag, zo doende besloot ik zelf een advertentie in de krant Het Gooi en Ommelander te plaatsen. Ik bood mijn diensten als volgt aan: 'Een afgestudeerd MTS-er Bouwkunde zoekt een passende werkkring' De enige reactie die ik ontving was van het hoofd van Publieke Werken van Hilversum. Hij bewonderde mijn initiatief hetgeen hem er toe had bewogen me voor een onderhoud uit te nodigen. Alles ging naar wens en op 18 september 1952 kon ik als bouwkundig tekenaar in het raad huis van Hilversum beginnen met een salaris van honderdvijftig gulden per maand. Ilc vond het een hele eer om in het gebouw te mogen werken dat door velen als architect Dudolcs belangrijkste meesterwerk werd beschouwd. In juli van het volgende jaar had ik recht op mijn eerste vakantie. Eén van mijn collega's had me een brochure van 'De Vrienden van de Riviera' overhandigd, waarin goedkope kam peerreizen naar Zuid-Franlcrijk werden aange boden. Ilc vroeg mijn vriend Jan van Woesilc of hij er voor voelde me daarbij te vergezel len. Jan, die pas uit de militaire dienst was gekomen, vond het een pracht idee en beiden boekten we voor de eerstvolgende reis. Nog diezelfde maand stapten we op de bus met een dertigtal andere lcampeerliefhebbers. We maakten kennis met Henk en Truus van Wolferen, medereizigers die zich daar met hun vijftienjarige zoon bevonden. We snorkel den met elkaar en maakten gezamenlijk wan delingen langs de rotsen. Op dat moment was ik me nog niet bewust dat Henk en Truus in de toekomst een zeer belangrijke rol in mijn leven zouden gaan spelen. Na terugkeer van onze vakantie werd ik ruste loos bij Publieke Werken en voelde dat het tijd werd om mijn horizon te verbreden. Het voor gaande jaar was mijn werk beperkt gebleven tot technisch tekenen en het maken van be rekeningen. Intussen was mijn belangstelling voor meer creatief werk gewekt en ik hoopte een baan te vinden op een architectenbureau waar ik dat verder zou kunnen ontwikkelen. Het was mijn broer Gert die de gewenste job voor me vond. In Callantsoog was hij be zig een vakantiehuis te bouwen voor Jo van Voorst, een architect uit Bussum. Meneer Van Voorst (zoals ik hem altijd zou blijven noemen) had Gert verteld dat hij en zijn partner Henk Wes- selo een extra tekenaar nodig hadden. Gert verwees hem naar mij en enkele dagen later kwam meneer Van Voorst me op De Lieberg opzoeken. Binnen een half uur had hij me een baan als tekenaar aangeboden voor een salaris van tweehonderdenvijftig gulden per maand. Mijn laatste werkdag bij Publieke Werken in Hilversum was op 30 september 1953 de dag daarop begon ik meteen voor Wesselo en Van Voorst te werken. Hun specialiteit was het ontwerpen van openbare zwembaden en het werk was over het hele land verspreid. Meneer Van Voorst bracht me niet alleen de grondbe ginselen van ontwerpen bij, maar moedigde me ook aan naar klassieke muziek te luisteren, over Plato te lezen en lichtte me in over aller lei andere culturele en filosofische onderwer pen. Ilc begon me te realiseren hoe eenzijdig mijn technische ontwikkeling was geweest en dat ik in veel andere opzichten onwetend was gebleven. Jo van Voorst was ook degene die me aanmoedigde om voor architect te gaan stu deren. De enige achteruitgang in mijn nieuwe baan was het feit dat Bussum verder van huis was dan Hilversum. Om die reden begon ik naar het bezit van een motorfiets uit te zien. Toe vallig had de buurman van Wesselo een 125 cc DKW te koop dit was precies wat ik nodig had en na een korte onderhandeling kocht ik die motorfiets. Het bezit van een motorfiets verbeterde mijn mobiliteit aanzienlijk. SERIEUZE VERKERING Gedurende een fotoreünie in januari 1954, georganiseerd door 'De Vrienden van de Riviera', Van nu afwas ik niet meer een bezoeker op De Lieberg het was mijn thuis. Omdat ik er de afgelo penjaren zoveel weekenden had doorgebracht, was het helemaal niet vreemd om daar permanent te wonen. -37.-

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Clock van Callens-Ooghe | 2008 | | pagina 17