SÜchtfn^ CaKwqer Erfgoed; dan steken we het tweede recht over, lopen gaat slecht door de harde wind. Dan klim men we op de spionkop (een hutje boven op een duin). Ik vind er nog een cent in. Dan regelrecht naar theehuis (eethuis voor de jagers). Daar maken we de kachel aan en eten ons brood op. Dan kruisen we het tweede water weer over naar 't eiland (Hazeneiland). Daar ligt ook een stuk van het vliegtuig. Slopen er zeildoek en stangen af. Dan naar een ander eiland. Daar ligt ook een brok. Ook slopen. Vervolgens weer naar het stuk waar we vanmorgen in het tweede water bij geweest zijn. Dan door de sloot, die het twee de water verbindt. Ook een stuk. Aan het einde der sloot ligt in het riet weer een stuk. Hier liggen nog kogels (scherpe piepers). Ik vind er nog een eind van een vliegerscap. Neem mee. Dan langs de stukken op het eer ste water en de gezonken motoren. Tenslotte voorbij de plaats waar we al geweest waren (16-1-'41). Dit is alles weggehaald door de Duit sers. Thans geen Duitser te zien. Huiswaarts. Buit verdelen, ongeveer zes uur thuis. Blij dat we thuis zijn. Niet geweest zijn we bij de stuk ken achter de Zijperdijk en 't riet in duin. Dit geeft meteen een overzicht van de vele stuk ken waarin het vliegtuig neerstortte en de grote afstand van elkaar. In 1989 berichtten we ook al over het neerstorten van deze bommenwerper. In jaargang 4, nummer 4 van december 1989 kunnen we alles nog eens nalezen. Alhoewel het een zeer lezenswaardig artikel is, lijkt het de redactie te ver voeren om het hele artikel (6 pagina's) nog eens weer te geven. We raden u dan ook aan het genoemde nummer er eens bij te nemen. Mocht u het niet meer in uw bezit hebben, dan kunt u bellen met de redactie (581501) voor een kopie. Na al die jaren is hetgeen de redactie in een naschrift in 1989 vroeg, nog steeds actueel. De vraag: waar is het 5e bemanningslid neergekomen, en: waar is de 2e motor beland, zijn ook nu nog steeds niet beantwoord. Wellicht krijgen we hierop een antwoord als de plan nen om het Zwanenwater uit te baggeren in dit jaar worden uitgevoerd. Jaarlijkse uitloting renteloze obligatielening Voor het kalenderjaar 2003 zijn de obligaties eindigende op het eindcijfer 6 (zegge zes) uit geloot. Op de obligatienummers 386, 916 en 1156 is boven de nominale waarde een pre mie van NLG 75,00 of 34,03 gevallen. Op zaterdag 29 maart en zaterdag 5 april 2003, 's middags tussen 2 en 3 uur kunnen obligaties worden ingeleverd ten kantore van de penningmeester - zomerhuis gelegen ach ter de woning plaatselijk gemerkt Duinroos- weg 20 te Callantsoog. Toezending per post van de uitgelote obligaties is eveneens moge lijk en wel aan het adres van de penning meester P. van Gosliga, Duinroosweg 20, 1759 HJ Callantsoog. Zoals vorig jaar reeds is meegedeeld staat de Stichting voor grote uitgaven. De museum- LET OP!!! De Algemene Ledenvergadering begint om half acht! Koffie en thee gratis. boerderij 'Tante Jaantje' - aangewezen als Rijks monument - zal uitwendig een grondige res tauratie ondergaan. De restauratiekosten zijn nader geraamd op rond 65.000,00. Ondanks een rijkssubsidie van rond 35.000,00 blijft er toch een groot bedrag voor rekening van de Stichting. Het bestuur van de Stichting zou het dan ook zeer op prijs stellen wanneer zo veel mogelijk houders van obligaties deze aan de Stichting zouden schenken. Een zgn. schenkingsverkla ring is bij de penningmeester verkrijgbaar. Inlevering dan wel toezending van de in de jaren 2000, 2001 en 2002 uitgelote obligaties, eindigende respectievelijk op het eindcijfer 3, 1 en 8 is nog steeds mogelijk. Voor de vierde maal heeft uitloting plaatsgevonden van de door de Stichting Callinger Erfgoed in 1993 uitgegeven renteloze obligatielening. Sinds 1 januari 2000 wordt per jaar 10% van de uitge geven obligaties met een nominale waarde van NLG 100,00 of€ 45,38 afgelost. - 7. -

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

De Clock van Callens-Ooghe | 2003 | | pagina 7