Bergen en zijn repatrianten SSSÏÏt su*- ^35-- - 7-"— ANS SCHOT Tot 1970 was de benaming Am bonezen, naar het bestuurlijk centrum van Ambon waar de rekruten werden geworven. In het onderzoek van Henk Smeets en Fridus Steylen wordt geme moreerd dat de jonge mannen alleen dienst namen in het leger als zij zich onmogelijk hadden gemaakt in eigen dorp of binnen de familie; de meesten bleven vis ser of landbouwer. Vandaar dat Nederlanders in heel Europa sol daten ronselden voor het KNIL. Na 1970 werd in het algemeen de benaming Molukkers gebruikt. Wie bedoelen we met repatrianten Altijd al keerden elders wonende Nederlanders terug naar het vaderland. Toch is over het algemeen hij het woord 'repatrianten' de grote groep Nederlanders en Indonesische- Nederlanders uit Indonesië en Nieuw Guinea in heeld. Deze groep bedoelen wij hier ook. Onder hen worden gerekend: Nederlandse burgers werkzaam in allerlei bedrijven, ondernemingen, scholen, plantages of als bestuurs ambtenaar; zij werden 'totoks' genoemd. Indische Nederlanders; Indonesiërs met een Nederlands paspoort. Nederlanders in dienst van het Koninklijk Nederlands Indische Leger (KNIL). KNIL-militairen afkomstig uit de Noord, Zuidoost en Midden Molukse eilanden. Politierekruten. Ambonezen en Nederlanders in dienst van de Koninklijke Marine. Waarom repatrieerden zij zo massaal? De reden voor repatriëring naar Nederland was, dat men massaal de wreedheden van de Indonesiërs wilde ontvluch ten. Tijdens de Japanse bezetting waren de Nederlanders grotendeels uit het openbare leven verwijderd en in kampen opgesloten. Er waren geen Nederlandse soldaten of bestuurs ambtenaren op Java. De Indonesiërs streefden naar onafhan kelijkheid waarover zij tijdens de Japanse bezetting met de Japanners onderhandelden. Toen Japan capituleerde op 15 augustus 1945, ontstond er in Indonesië een gezagsvacuüm. Twee dagen later riepen Hatta en Soekarno de onafhankelijke Republiek Indonesië (RI) uit, maar een centrale staat met een bestuurlijk apparaat moest nog worden opgebouwd. De radicaal republikeinse jongeren, de Pemoeda's, maakten intussen gebruik van dit gezagsvacuüm om al moordend terreur uit te oefenen tegen blanke Nederlanders, Indische Nederlanders en iedereen die zij ervan verdachten met de Nederlanders te sympathiseren. Deze maanden van terreur werd de 'Bersiap-periode' genoemd, naar de door de jongeren gebruikte kreetbersiap('weest paraat'). De terreur zorgde ervoor dat mensen in de kampen voor hun eigen veiligheid langer werden vastgehouden. Alleen al op Java zaten 28.000 geïnterneerden in talloze kampen van wie de situatie uiterst precair was geworden en die dringend moesten worden geëva cueerd. Velen probeerden direct na hun vrijlating een plaats naar Nederland te krijgen op elke boot waarop maar ruimte was. Anderen gingen terug naar het verblijf van vóór de oor- .Mum wuU.. So - - 4 J HM MM**-* tb u. MM*-**4 r n- -roitfloI'tC- GS"*" rx u.k^i «lil Ifft

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Bergense kroniek | 2013 | | pagina 20