teveel uren lesgaf. Ik gaf namelijk 20 uur les en bij 16 uur
kreeg je een beurs. Het bestuur van de kweekschool heeft
toen een brief geschreven enVervolgens moest ik voor een
commissie verschijnen. Op een goed moment stond ik op
en trok mijn broekriem nog wat strakker aan, een duide
lijke boodschap leek me, en zei: "Ik sta hier over drie jaar
weer om mijn bul te laten zien." Gelukkig werd de beurs
toegekend. Een extra toelage was echt nodig: inmiddels
hadden wij vier kinderen. In 1964 behaalde ik mijn docto
raal geschiedenis.'
Woning
'Na mijn benoeming bij de zusters moest ik natuurlijk
verhuizen. In die beginjaren 60 was er nog een grote
woningnood. In Bergen was er nauwelijks een huis te
krijgen. Ik ging naar het gemeentehuis, naar wethouder
Ellis en hoorde op de gang iemand zeggen: "Loopt niet zo
best, de Nesdijk, dat loopt niet zo best." Dat bracht ik bij
de wethouder naar voren en Ellis zegde mij toe dat ik in
aanmerking kon komen voor een woning aan de Nesdijk.
Nu wil het toeval dat ik bij de kapper in Brummen een
man ontmoette wiens moeder in Bergen woonde, aan de
Kruisweg. Hij vertelde mij dat haar buren naar Friesland
gingen verhuizen en dat het huis aan de Kruisweg te koop
stond voor ƒ23.000,—.
Als buitenstaander mocht je natuurlijk niet zo maar
een huis in Bergen kopen. Afgesproken werd dat als de
zusters Ursulinen twee huizen kochten aan de Nesdijk, ik
dan het huis aan de Kruisweg mocht kopen. De rector van
de zusters ging hiermee akkoord. De zusters investeerden
in die tijd in vastgoed om kapitaal te reserveren voor hun
oude dag. Zij kregen toen nog geen pensioen.'
Onderwijs
'In 1961 werd ik leraar aan de kweekschool. Vanaf 1963
kon je hier ook je hoofdakte behalen. De kweekschool
was er alleen voor meisjes, aanvankelijk bedoeld als oplei
ding voor de nonnen. Alle congregaties leidden hun eigen
nonnen op tot leerkracht. Het onderwijs werd vooral
gegeven door nonnen. Toen er minder meisjes hun intrede
deden in het klooster, werden er ook lekenmeisjes tot de
kweekschool toegelaten. Ik geloof dat er in mijn tijd geen
enkel meisje meer het klooster in ging.
In 1966 werd ik adjunct-directeur en toen Maria Regina
Scholten, de directrice, in 1968 algemeen-overste werd,
directeur. 1968 was ook het jaar van de Mammoetwet.
De Mammoetwet hield een grote verandering van het
onderwijs in met o.a. brugklassen, een havo en een vwo.
Bij ons werd de havo direct ingevoerd. In Bergen werd
begonnen met een havo-4 klas. Na vier jaar ulo moest je
door kunnen stromen naar de havo. En na de havo ging je
dan naar de kweekschool. Veel kweekscholen hadden zo'n
havo-top. Dit duurde maar kort omdat de scholen voor
voortgezet onderwijs zelf de opleiding havo kregen. In
die tijd had je een katholieke kweekschool voor jongens
in Beverwijk, een openbare kweekschool in Alkmaar en
de school van de Ursulinen voor meisjes. Als je katholiek
was, ging je naar een katholieke school; daar was geen
discussie over.
Onze school maakte in die periode een enorme groei
door: de school groeide van 150 naar 650 leerlingen! Er
moesten natuurlijk lokalen bijkomen. Die noodlokalen
werden gevonden in Bilthoven. Op een gegeven moment
was het terrein volgebouwd. Het laatste noodlokaal werd
ook wel het Einde genoemd. Voor de inrichting konden
Leraar geschiedenis 1965
(foto: Piet Donders).