In januari 1942 begon het Duitse leger aan de kustver
dediging van het vasteland van Europa. Deze linie van
verdedigingswerken, de Atlantikwall, strekte zich uit van
de Noordkaap in Noorwegen tot aan de Pyreneeën bij
de Spaanse grens. Er werden allerlei soorten versterkin
gen aangelegd, zoals bunkers, prikkeldraadversperringen,
mijnenvelden en tankhindernissen. Kanonnen werden
veelal in groepjes van vier ondergebracht in kustbatterijen.
Havensteden werden zwaar verdedigd. Den Helder en
IJmuiden bijvoorbeeld, werden voorzien van veel geschut
en militairen. IJmuiden was aan het eind van de oorlog
opgewaardeerd tot Festung (vesting), terwijl Den Helder
een trede lager in de hiërarchie zat: de stad was een
Verteidigungsbereich (verdedigingsgebied). Kustdorpen
zoals Bergen aan Zee werden beduidend minder zwaar
verdedigd. Zij maakten deel uit van een Stützpunktgruppe,
ofwel steunpuntgroep.
Alle gebieden moesten rondom kunnen worden ver
dedigd; naar zee en naar het achterland. De vijand kon
bijvoorbeeld parachutisten in het binnenland droppen of
op een andere plek de kustverdediging doorbreken. En
dan moesten kuststeden en -dorpen ook een vijand uit
het binnenland kunnen weerstaan. Naar het westen lagen
dus hindernissen, maar ook naar de andere windrichtin
gen. Elk te verdedigen gebied, dorp of stad, bestond uit
een aantal steunpunten. Een klein steunpunt bestond uit
enkele loopgraven en enkele bunkers. Een groot steunpunt
bevatte bijvoorbeeld vier kanonnen (in zware bunkers on
dergebracht), tientallen bunkers, honderden meters loop
graaf, prikkeldraad en mijnenvelden. Naarmate het gebied
belangrijker was, waren er meer steunpunten en meer
verdedigingsmiddelen. De meeste steunpunten lagen langs
de rand van het te verdedigen gebied. Zij waren onderling
verbonden door stelsels van loopgraven, prikkeldraad en
tankhindernissen. Het gebied van de vroegere gemeenten
Schoorl en Bergen maakte deel uit van de Steunpuntgroep
Schoorl. In deze groep waren een aantal steunpunten
ondergebracht.
Luchtfoto van Bergen. Het barakkenkamp aan de Breelaan is vernuftig gecamoufleerd en niet als zodanig herkenbaar (foto: The National Archives, Londen).