DE DRANKENVOORZIENING IN BERGEN ROND 1900 EN LATER
Het Caspar Niehaus-huis in gebruik als opslagplaats {collectie Jan Scholten).
Bovendien kwam de import van beroemde Belgische bieren
op gang, zowel op fles als op fust waarvan Palm, De Koninck
en Duvel de bekendste zijn. En niet te vergeten: men begon
ook in Nederland steeds meer wijn te drinken, waarvoor me
nigeen zijn biertje liet staan.'
Wat waren de veranderingen bij het aantreden van de
nieuwe generatie Scholten?
'Het was vanzelfsprekend dat ik, destijds 14 jaar, in vrije tijd
en vakanties in het bedrijf ging helpen. Na mijn handelsstu
die en twee jaar dienstplicht kwam ik in 1954 voorgoed in de
zaak. In dat jaar kwam het aangrenzende pand van Kollmer te
koop en huis van de buren kun je maar één keer kopen.
50.000,- was eigenlijk te duur, maar uitbreiding van de zaak
was ook belangrijk, niet alleen het hele assortiment werd gro
ter, maar er waren ook plannen voor een slijterij, dus de koop
werd toch maar doorgezet.
Ik trouwde met Anna Winder. De bovenwoning kwam vrij en
zo kon Anna gemakkelijk in de slijterij assisteren.
Vakanties werden in deze tijd in Nederland langzamer
hand gewoon, maar werden in hoofdzaak in eigen land door
gebracht. Maandenlang was de hele kuststreek overvol. In
Bergen waren er zo'n 80 pensions en meer dan de helft van de
huizen werd 's zomers verhuurd, terwijl de eigenaren met hun
gezinnen in hun zomershuisjes trokken. Zo werd het wonen
in Bergen voor de bewoners heel voordelig. Dezelfde gasten
kwamen vaak jaren achtereen en werden dan ook vaak goede
kennissen. Vanaf half mei tot half september waren de win
kels tot 21.00 uur open, ook op de zondagen.'
Waarom werd het Caspar Niehaus-huis opslagruimte?
'Genoemde ontwikkeling vervijfvoudigde tussen 1950 en
1960 de groothandelsomzetten in Scholtens drankenhandel.
Dit bracht grote capaciteitsproblemen met zich mee; er kwam
gebrek aan opslag- en laadmogelijkheden. Dit zorgde voor
veel overlast in het laatste deel van de Dorpsstraat. Dit leidde
tot terechte klachten van de buurt.
Alternatieven om deze overlast te bestrijden die door
gemeenteraadsleden werden aangedragen, waren o.a. verplaat
sing van de drankenhandel Scholten naar de puddingfabriek
op de Voert, naar de garage van Kees Koster, naar het pluim-
veebedrijf op de Jan Apeldoornweg en naar het einde van
de Natteweg bij de huizen van de familie Domselaar. Helaas
waren het weinig realistische voorstellen die het probleem
alleen maar verplaatsten. Ook waren er plannen voor een
industrieterreintje bij het te creëren Berger-Benedenbos, langs
de Kogendijk. Het Berger-Benedenbos is er nooit gekomen,
zo ook niet het industrieterreintje dat tevens was bedoeld als
terrein voor Hondius transportbedrijf en de Bakkencentrale
van Koopman en eventueel nog andere bedrijven.
Intussen kreeg Scholten in 1965 de kans om een deel van de
tuin van de oude villa van Caspar Niehaus te kopen, aan de
kant van de Fransche Steeg. De eigenaar was plots van idee
veranderd en wilde het hele perceel verkopen, maar voor een
hoge prijs van 200.000,-, terwijl het inmiddels totaal verval
len was. Toen er ook nog tijdelijk een zigeunerfamilie
in kwam wonen, werd het nog bruikbare materiaal van de
woning eruit gesloopt. Een binnenbrand, waarschijnlijk
