De slagers Hoogvorst, Koning, Maasen, De Waard en mijn va der hebben er veel aan gedaan om te komen tot een gemeen telijk slachthuis in Bergen, en dat is vanaf 1926 gelukt. In de loop der jaren is dit slachthuis meerdere malen gemoderniseerd en functioneerde het tot in 1955. Het klooster van de zusters Ursulinen aan de Loudelsweg had zijn eigen slachtplaats, waar het vee van de eigen boerde rij werd geslacht: wekelijks een varken en eenmaal per drie of vier weken een koe. Dit werd hoofdzakelijk gedaan in de zeer vroege ochtenduren door de katholieke slager Piet de Waard, zodat hij weer op tijd in zijn eigen bedrijf aan de slag kon gaan. Het verwerken werd door zuster Philomenia gedaan. Zij maakte worsten en balkenbrij en rookte de hammen. Overal moest in die tijd voor het slachten van rund- en kalfs vlees accijns worden betaald. In Bergen gebeurde dat op het postkantoor. Ik weet mij nog heel goed te herinneren dat ik vaak voor mijn vader de afgestempelde formulieren moest afgeven bij commies Bos in de St. Antoniusstraat. Na controle en goedkeuring kreeg het gekochte vee een rijkslood aan de staart. Dit lood moest vóór en nd het slachten en ook in de winkel zichtbaar eraan blijven zitten. Ook moesten er keur- rechten worden voldaan bij de ontvanger van de gemeente lijke belastinggelden. Vele gebeurtenissen komen misschien romantisch over, maar dat was het toen zeker niet!' •"'Met deze bijdragen van Piet Vijn komt een eind aan zijn artikelenreeks over de Berger middenstand. In het aprilnum mer van 2011 verschijnt nog een afsluitend artikel over dit onderwerp. Nog deze maand komt van zijn hand een boek uit over ditzelfde onderwerp. Uiteraard biedt dit boek meer ruimte om dieper in te gaan op het wel en wee van de Berger middenstand en is het rijk geïllustreerd met veel nog onbe kend fotomateriaal. De slagerij van Dirk Koning aan de Dorpsstraat 52. Voor de winkeldeur: Dirk Koning, rechts zijn zoon Dirk Koning jr. (foto: Piet Koning).

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Bergense kroniek | 2010 | | pagina 15