Kunstwerk 'De zaaier' ontworpen door Jaap Min en gesmeed door Hillebrand Hoebe. Het is in 1960 aangebracht ter gelegenheid van de opening van de Boerenleenbank in Didam. Het gebouw dient nu als politiebureau, maar deze kunst uit Bergen is er blijven hangen, (foto: Geert Vreeman Fotografie, Didam) Ursulinen aan de Loudelsweg. De werkzaamheden namen van jaar tot jaar toe en er werd gezocht naar een ruimer on derkomen. Dit werd in 1920 gevonden in een stolpboerderij aan de Sint Antoniusstraat 1. In januari 1921 gaf de gemeente een vergunning af met bepalingen waaraan de smederij moest voldoen. Eén daarvan was: gedurende de uren van zeven uur namiddag tot zeven uur voormiddags mag in de smederij en op het bijbehorende erf geen gedruischmakenden arbeid wor den verricht'. Uitbreiding en modernisering De nieuwe smederij werd uitgerust met twee elektromotoren voor de beweegkracht en met twee travaljes. In 1933 kwam zoon Hillebrand op achttienjarige leeftijd ook definitief bij zijn vader in het bedrijf. Hij had eerst het kappersvak geleerd bij kapper Bleeker in Bergen, maar zich via avondonderwijs bekwaamd in metaalbewerking. Hij koos voor de smederij en vanaf dat moment veranderde Nicolaas Hoebe de naam van zijn bedrijf in Smederij Nic.Hoebe Zn. In de oorlogsjaren (zomer 1940 tot begin 1945) is de smederij in bedrijf geble ven, maar wel met Duitsers 'aan het smidsvuur', die voor het eigen leger werkten. In 1943 is Nicolaas Hoebe, na 50 jaar in eigen bedrijf te hebben gewerkt, gestopt. Zijn zoon Niek is nog tot 1970 doorgegaan en Hillebrand heeft de deuren van de smederij in 1985 definitief gesloten. Hillebrand Hoebe, geboren in 1915, vertelde mij kort voor zijn overlijden op 29 oktober 2008 nog het volgende over zijn werk: Mijn broer Niek kon veel beter met paarden omgaan dan ik. Daar heb ik mij niet zo mee beziggehouden. Het sme den van allerlei gebruiks- en siervoorwerpen lag mij beter. Zo weet ik mij nog te herinneren, dat er eens een mijnheer in de werkplaats kwam, die zijn hand wilde laten repareren! Hij schroefde die ter plekke af. Ik was even van mijn stuk, maar gelukkig kon ik deze patiënt helpen.' Op mijn vraag wat hij zijn mooiste opdracht als smid heeft gevonden, antwoordde Hillebrand: Het werken voor de Bergense kunstenaar Jaap Min, die van mijn leeftijd was, heeft mij bij alles wat ik heb gedaan wel de meeste voldoening gegeven. Voordat er een opdracht volgde, kwam Jaap met tekeningen naar mijn werkplaats om zijn ontwerp te bespreken. Tijdens het smeden was hij er vaak zelf bij en lette sterk op kleine details. Ik probeerde aan al zijn wensen te voldoen en meestal lukte dat wel, want Jaap werkte heel inspirerend op mij. Ik heb toen ervaren tot welke presta ties mensen in staat zijn, als zij elkaar goed aanvoelen, respect voor elkaar hebben en in ons geval ook nog vrienden zijn. Door de omvang van een project moest het vaak in delen worden vervaardigd. Als alles klaar was en hij zijn goedkeuring had gegeven, dan gingen wij samen met een vrachtwagen het land in om het kunstwerk binnen of buiten te bevestigen. Het altaar van de rooms-katholieke Petrus en Pauluskerk in Bergen is ook een gezamenlijk werkstuk. De kandelaar voor de paaskaars heb ik zelf ontworpen en inder tijd aan de parochie geschonken. Geweldig fijn werk, waar ik nog vaak met plezier aan terugdenk.

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Bergense kroniek | 2010 | | pagina 12