i-afyy^
f /Ltuy, Lzca**
[4*. ril H-
h
oorlog adembenemend in beeld gebracht! Wanneer hij
tegenover het schilderij Sprong in de ruimte staat, weet hij
dat hij dat doek moet hebben. Maar de prijs van f 3200.- is
voor hem onhaalbaar.
Plomper schrijft daarop een brief naar Parijs,
waarin hij vertelt over zijn bewondering voor het werk
op de tentoonstelling en waarin hij Appel, die veel op
reis is, zijn huis aanbiedt: 'Als je in Nederland bent, mag
je in mijn huis logeren'. Appel schrijft terug en bedankt
voor het vriendelijke aanbod. Hij zelf zal er geen gebruik
van maken, maar misschien kunnen zijn ouders, die de
laatste tijd veel ziek zijn geweest, een tijdje van de zeelucht
genieten in Bergen. En inderdaad belt Appel, wanneer hij
aan de geruchtmakende muurschildering in het Stedelijk
Museum in Amsterdam werkt, Plomper op om een afspraak
te maken. Daarop brengen in mei-juni 1957 de ouders van
Karei Appel uit de Dapperstraat in Amsterdam, een paar
weken door in het huis van Plomper, Prins Hendriklaan
15 in Bergen, in ruil voor een schilderij. Plomper schrijft
hierover: 'Het eerste schilderij van Appel heeft de firma Van
Deudekom voor me gehaald. Toen het in Amsterdam was,
werd ik gebeld dat het er was. Ik vroeg wat de invoerrechten
waren. De boekhouder was er zelf bij toen het in Parijs
werd gehaald en liet het bij de grens zien bij de douane. Zij
vroegen wat het waard was. De boekhouder zei: 'Wat is het
u waard?' 'Mij geen cent', zei de douane. 'Nou dan maar
voor die prijs'. Zodoende kostte het geen invoerrechten.
Toen ik bij Van Deudekom op kantoor was om het
schilderij te halen moest ik eerst nog met een verhuizing
naar 's Heerenberg. De wagen was zo vol dat het doek er
niet meer bi] kon. Toch wilde ik het graag mee hebben.
Ik nam het mee en stond er mee op de stoep in de Van
Ostadestraat. Dit moest wel want op mijn terugreis van 's
Heerenberg zou het kantoor gesloten zijn. Bij de eerste de
beste deur in de Van Ostadestraat belde ik aan en zei ik dat
ik een verhuizing had, maar een schilderij had dat er niet
bij kon en vroeg of ik het mocht neerzetten en het 's avonds
dan kon afhalen. 'O ja, zet maar neer hoor', zei een oud
vrouwtje. Het was toen net in de kersentijd. Onderweg van
's Heerenberg stonden overal tentjes langs de weg waar je
kersen kon kopen. Ik heb toen een grote zak kersen gekocht
en 's avonds aan dat vrouwtje gegeven. Ik denk dat zij net
zo blij was met de kersen als ik met het schilderij'.
Plomper verwerft zo het schilderij Sprong in de ruimte
van Appel. Jaren later is hij gedwongen het schilderij te
verkopen, hij ontvangt er dan f. 6000.- voor. Wanneer hij
omstreeks 1985 ziet dat het schilderij weer te koop wordt
aangeboden, raakt hij geëmotioneerd, niet vanwege de prijs
van f. 450.000.- maar van het weerzien met het geliefde
schilderij. 'Ik verzamel geen schilderijen. Ik verzamel het
probleem van de vorm. Op 'n mooi schilderij ben ik zo
uitgekeken. Wat een schilderij waard is interesseert me niet.
Later ben ik nog eens een accoordje aangegaan
en dat werd de tweede Appel, welke ik met de nachttrein
uit Parijs haalde. Ik legde dat schilderij [Landschappelijk
gezicht] dat erg groot was in de coupé op de netten welke
boven de hoofden zijn en bij de grensovergang hebben ze
het dus niet opgemerkt.
2.JT r- r>
JuJ/ Z
T
Ci
c a, et-P
1-4AO 2~<re> 0~X <£>C IsV-iy 7
Cf L
A/j /-)
P <?-K. s
7-<.
.A^y-tA
/x_ ó~y*--* t cr-zx-^7 p *rz<. th<
tsfiypA. y"£crV)-\-j iP-,
haj~a y> y
Brief van de vader van Karei Appel, mei 1957.
Envelop van een brief van Karei Appel aan zijn ouders toen zij bij Plomper logeerden.
A',
y TUoc
/y c
(Afi
C. CA-vn
{A CXA.
1^ cxlc^cLic.
y=>yrxj vai
<P. Cnst>
jyAAipié,
CJL.
cl IzhAr. v7"^'cv**
\S CO c-t
ovw
o
CfAO.
eKXJotA
Brief voor de douane van Karei Appel, waarin hij schrijft dat het meegebrachte
schilderij een cadeau is van hem aan de geadresseerde. Alleen de handtekening is
door hem zelf geschreven.