Van de redactie
Dit novembernummer van de Bergense Kroniek
sluit de twaalfde jaargang af. Veel verschillende
aspecten van de Bergense geschiedenis komen
er weer in naar voren.
Zo doet Bert Veer in Het doodvonnis van Jan
Oostendorp verslag van een terechtstelling in
Bergen. Bij zijn onderzoek naar deze
geschiedenis stuitte Bert op aanwijzingen dat
omstreeks 1770 een nieuw rechthuis werd
gebouwd, waarschijnlijk op de plaats waar nu
't Oude Raethuys staat. Deze ontdekking vraagt
om nader onderzoek, dus daarover meer in een
volgend nummer.
Nu de laatste gebouwen van het voormalige
Ursulinenklooster aan de Loudelsweg al weer
enige tijd geleden gesloopt zijn, geeft Arie Leijen
een overzicht van de geschiedenis van dit
enorme complex, dat bijna een eeuw dit deel
van ons dorp gedomineerd heeft.
De Sint Adelbertusschool bestaat dit jaar 75 jaar.
Wim van der Graaff geeft een terugblik.
Tachtig jaar geleden overleed mevrouw M. van
Reenen-Völter, de medestichtster van Bergen
aan Zee. Een jaar later, in 1926, werd te harer
nagedachtenis een monument met haar
borstbeeld onthuld. Bert Buizer doet verslag van
deze gebeurtenis.
In Bunkers in Bergen geeft Johan Schuurman
een overzicht van de Duitse verdedigingswerken
die in deTweede Wereldoorlog in onze
kuststreek werden aangelegd.
Kees Bliekendaal, passagier op de laatste rit van
Bello op 31 augustus 1955, beschrijft
enthousiast in zijn gelijknamige artikeltje zijn
herinneringen aan deze gedenkwaardige treinrit.
De redactie heeft met plezier aan deze aflevering
gewerkt. Ze hoopt dat u in deze Kroniek weer
een en ander over de Bergense geschiedenis
zult vinden dat u kan boeien.