N.V. BOUW EXPLOITATIE MAATSCHAPPIJ BERGEN AAN ZEE zijn echtgenote jonkvrouwe Wilhelmina Rendorp van Marquette in Bergen. Als eigenaar van de heerlijkheid Bergen mocht de geboren Amsterdammer de titel heer van Bergen voeren. In vroe ger tijden heerste de heer van Bergen over zijn grondgebied. Hij benoemde het dorpsbestuur, was verantwoordelijk voor de rechtspraak en had allerlei economi sche voorrechten (zoals het jacht- en vis recht). De heer van Bergen was heerser op zijn territorium. Aan het eind van de 18e en halverwege de 19e eeuw verander de deze situatie. De lokale rechten raakte de heer kwijt aan de nationale overheid. Voortaan was de titel heer van Bergen vooral een eretitel. Maar als grootgrond bezitter had de heer van Bergen nog wel veel invloed in het dorp. Jan Jacobus Henricus van Reenen leefde dertig jaar als een edelman op zijn landgoed. Toen hij in 1883 overleed, liet hij zijn vrouw met twaalf kinderen achter, waarvan zeven nog minderjarig. Geheel volgens de gebruikelijke familiepolitiek volgde oudste zoon Jacob zijn vader op als familiehoofd van een volgende genera tie Van Reenen. Hij zou eigenaar van het landgoed worden en daarmee heer van Bergen. Maar de grootte van het gezin van de weduwe Van Reenen bemoeilijkte wisseling van generaties, vooral in finan cieel opzicht. Jacob van Reenen moest zijn broers en zusters uitkopen. Boven dien moest hij voor extra inkomsten zor gen om zijn eigen gezin te onderhouden. De verpachting van delen van het land goed en Jacobs jaarwedde als burgemees ter waren daarvoor met toereikend. Om het hoofd boven water te houden, moest de familie Van Reenen op een of andere manier inkomstenbronnen aanboren. Het landbezit was veel waard, maar zo maar een aanzienlijk deel van de grond verkopen was geen serieuze optie. De heerlijkheid moest zoveel mogelijk intact blijven. Op het aanbod van de Alkmaarse scheepvaartonderncmcr W.C. Bosman om 650 hectare duingrond te kopen voor 250.000, deed Jacob van Reenen een tegenvoorstel. Hij vroeg 300.000, maar dan moest Bosman binnen acht dagen beslissen. De verkoop ging uiteindelijk niet door. Jacob van Reenen koos ervoor zijn landgoed op een nieuwe manier te exploi teren. In 1908 bracht hij een deel van zijn grondbezit onder in een exploitatiemaat- schappijDe naamloze vennootschap Bouw-Exploitatie-Maatschappij Bergen aan Zee (BEM) was een familiebedrijf. Jacob van Reenen was directeur, zijn echtgenote was presidente van de Raad van commissarissen. In de aandeelhou dersvergaderingen hadden zij beiden evenveel zeggenschap. Een zoon en een schoonzoon waren de enige twee overige aandeelhouders (ieder een aandeel). De familie Van Reenen maakte hon derden hectaren van het landbezit bouw rijp en verkocht deze in percelen, waarop de nieuwe eigenaren een zomervilla in de duinen of een permanente woning naast de dorpskern konden bouwen. De Van Reenens pakten de zaken groots aan. Aan de duinenrand bij de zee stichtten zij in N? 1404 Qayêxiait voor het gebruikmaken van een linnen tent op het strand te Bergen aan Zee op 196 Deze kaart kan door de oorspronkelijke houder niet aan een ander overgedragen worden en is op aanvraag te vertonen. 1906 dc badplaats Bergen aan Zee. Een particulier initiatief, waarvoor naderhand de BEM werd opgericht. Dc tramlijn die van Alkmaar naar Bergen liep, werd in 1909 doorgetrokken naar zee. Twee belangen Als directeur van de BEM was Jacob van Reenen de belangrijkste ondernemer in het dorp. Tegelijkertijd was hij als burge meester ruim 35 jaar de hoogste plaatselij ke bestuurder. Zoals gezegd benadrukte Jacob van Reenen tijdens raadsvergade ringen dat hij zijn verschillende posities Kranenburgh, kerst mis 1916. Vlnr. zit tend: Louk, Mary, het echtpaar Van Reenen- Völter, Guus, Henk; staand: Constant, Henk, Jork. (Foto: familiearchief Van Reenen, Regionaal Archief Alkmaar). 5

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Bergense kroniek | 2002 | | pagina 7