Museum nieuws Museum Kranenburgh: De tentoonstelling 'Gestel in Bergen' In Museum Kranenburgh wordt van 17 mei tot en met 6 oktober 2002 de tentoonstelling 'Leo Gestel in Bergen' getoond. Deze tentoonstelling laat zien hoe zeer Gestel geïnspireerd werd door het landschap rondom Bergen. Hij had veel plezier in het buiten schilderen, waarbij de belangrijkste onderwerpen de weidse polders, de duinen, de koeien en de markante boerderijen waren. Ook is er aandacht voor zijn relatie met bevriende kunstenaars en met de kunstverzamelaar en mecenas Piet Boendermaker. f MUSEUM Kranenburgh n e H Vv imm Leo Gestel I1881-1941). Gezicht op Alkmaar, 7977, krijt op papier. Particuliere collectie. IFoto Thijs Quispel). n de zomer van I9l l jaar gaat Gestel met zijn vriendin An Overtoom voor het eerst naar Bergen. Dit bevalt zo goed dat ze bijna elk jaar terugkeren. De schilder huurt woonruimte aan de Bergerweg, in de buurt van de toenmalige herberg Het Berger Veerhuis van B. Min. Het is 'een boerderijtje waar we al jaren 's zomers doorbrengen'. Met de jaren verzamelt Gestel een hele groep kunstenaarsvrienden om zich heen, waardoor het 's zomers erg gezellig is en van schilderen soms te wei nig terechtkomt. Gestel is de sociale spil in Bergen die de condities creëert waar door de 'Bergense School' heeft kunnen ontstaan. Gestel schildert de landschappen rondom Bergen, waarbij hij de werkelijk heid zwaar abstraheert. Kunstcriticus W. van der Pluym schrijft in 1936 over deze periode: '...Bergen in Noord-Holland, een land dat direct zijn liefde won en tot op heden hem boeit. De hooge luchten boven de uitgestrekte vlakke polders, de bosschen, de duinruggen met de oneindi ge zee daarachter, nooit is hij het moede zijn verrukking hierover uit te spreken.' In mei 1919 huurt Gestel voor korte tijd het huis 'De Boschhut' aan de Lou- delsweg. Hij is dan de buurman van de familie Boendermaker, die op dat moment druk aan het boeren is 'met kip pen en vruchtbomen'. Met Boendermaker is het contact uitstekend. Dit blijkt uit de vele kunstwerken die Boendermaker van de schilder heeft gekocht. In het vroege voorjaar van 1921 laat Gestel aan de Buerweg nr. 4 een huis bouwen door zijn vriend de architect L. Streefkerk. Tegelijk huurt hij een schil dersruimte aan de St. Antoniusstraat. De atelierwoning in Amsterdam, aan de Tweede Jan Steenstraat, wordt opgehe ven. Niet lang na de bouw, in de winter van 1922 gaat Gestel op reis, eerst naar Duitsland en daarna naar Italië. Bijna een jaar lang woont en werkt hij op Sicilië. In de periode 1925-1927 verblijft hij in Drongen, nabij Gent. Pas eind 1928 is Gestel weer in Bergen. In februari van 1929 slaat het noodlot toe. Gestel verliest door een grote brand in zijn atelier veel van zijn schilderijen, tekeningen en schet sen. Na deze zware slag verhuist het echt paar naar Blaricum, alwaar Gestel in 1941 kort na zijn 60ste verjaardag sterft. Onbekend werk van Gestel Naar aanleiding van een oproep in de Nieuwsbrief van de Vrienden en in De Duinstreek is ons een unieke collectie onbekend werk van Gestel onder ogen gekomen. In deze belangwekkende col lectie tekeningen en aquarellen bevindt zich een uitgebreide correspondentie van Gestel. Deze brieven komen nu pas in de openbaarheid en werpen een genuanceer der licht op de relatie Gestel en Bergen. Gestel schrijft zeer levendig en verlucht zijn brieven en kaarten dikwijls met grap pige tekeningen die getuigen van veel zelfspot. Een deel van deze onbekende verzameling zal voor het eerst te zien zijn. De tentoonstelling zal verder bestaan uit een groot aantal schilderijen, aquarel len en tekeningen uit particulier en open baar bezit. De veelzijdige schilder heeft altijd veel aandacht getrokken en wij willen met 'Gestel in Bergen' een nieuwe en jongere generatie kennis laten nemen van deze boeiende kunstenaar. Door rondleidin gen, lezingen en mogelijk ook een docu mentaire wordt op diverse manieren het leven van deze schilder aanschouwelijk gemaakt. Alette Fleischer (projectleider tentoonstelling 'Gestel in Bergen'). 23

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Bergense kroniek | 2002 | | pagina 25