'Toestand der duinbeplanting op den vasten wal van Noord-Holland'
Duinen in particulier bezit
Duinbeplanting omstreeks 1910
(foto Regionaal Archief Alkmaar).
Voorduinen
Het duingebied direct grenzend aan het
binnenland, Aanbesteding van helmbe-
planting is een taak van de duinmeesters,
op last van de Vrouwe/Heer van Bergen.
Middenduin
Het duingebied gelegen tussen de voor
duinen en de achterduinen.
Achterduinen, zeereep, zeeduinen of
witte duinen
Het duingebied dat, beginnend vanaf het
strand, landinwaarts strekt. Aanbesteding
van helmbeplanting vindt plaats op last
van Gecommiteerde Raden van de Staten
van Holland en West-Friesland en ten
overstaan van gecommiteerden van
Bergen.
8. Bij het beplanten van een stuifgat is het
gewenst, wanneer men dit door gebrek
aan helm of ter besparing van uitgaven
niet ineens doch bij gedeelten wil uitvoe
ren, met het beplanten te beginnen aan de
zuidwestzijde. Hierdoor kan dikwijls ver
dere verstuiving tot staan worden
gebracht, daarbij kan onder gunstige
omstandigheden het noordoostelijke
gedeelte dikwijls van nature begroeien.
Vooral met oog op het voorafgaande is
het wenselijk dat de beplantingen in de
zeereep door het Rijk steeds in verband
gebeuren met de beplanting van de eige
naren van de aangrenzende percelen. Een
dergelijk overleg ontbrak geheel!
9. Helm, mits behoorlijk geplant, is finan
cieel het enig mogelijke materiaal om
zandverstuivingen tegen te gaan. Is het
duin in rust en houdt de verstuiving op,
dan verdwijnt de helm van lieverlede. In
goed bekorste duinen treft men dan ook
slechts enkele helmplantcn aan.
10. Het hoogheemraadschap van Rijnland
heeft de gewoonte om de bekorsting en
de ontwikkeling van plantjes tussen het
helm te bevorderen door tussen de helm-
planten op daarvoor geschikte plaatsen
mos te strooien. Het mos begint langza
merhand te groeien en zich vast te zetten,
en geeft allerlei plantjes de mogelijkheid
te ontkiemen. Deze methode geeft uitste
kende resultaten. Misschien zou kunnen
worden overwogen om daar waar mos
moeilijk of niet te verkrijgen is, tussen de
helm enige rogge te zaaien.
11. In de voor- en middenduinen is het
onderhoud gemakkelijk en kan bestaan
door het aanbrengen van doelmatige
beplantingen en bepotingen.
Daarna gaat het rapport uitvoerig in
op de invloed van de achterduinen op de
middenduinen. Het rapport geeft derhal
ve een beschrijving van de in 1898 ten
noorden van het Noordzeekanaal
bestaande situatie, de technische en
bestuurlijke tekortkomingen en doet aan
bevelingen om de situatie te verbeteren.
Met betrekking tot de toen bestaande
situatie wordt in het rapport de toenmali
ge arrondissements-ingenieur te Alkmaar
geciteerd. Deze stelt dat het onmogelijk is
door beschrijving een denkbeeld te geven
van de verwoestingen. Gehele beken van
zand, op het bovenvlak vijf en meer
meters breed, zijn honderden meters ver
door de stuifgaten in de duinen gedreven
en hebben de helmbeplantingen vele
meters hoog bedekt. Een uitvoerige
beschrijving van de te nemen maatregelen
voor het herstel van de aangerichte schade
volgt. Dan wordt geschreven dat de kos-
O O
ten verbonden aan de werkzaamheden
juist in omgekeerde volgorde toe- en
afnemen met de benodigde onderhouds
kosten. Het voorduin, dat de minste
onderhoudskosten geeft, levert het meeste
op. Het middenduin minder, de achter
duinen nog minder en de eigenlijke zee
reep brengt hoge kosten mee en levert
geen opbrengsten. De achterduinen wor
den slecht onderhouden en het Rijk
onderhoudt dan ook, kosteloos voor de
eigenaren, een strook tot de grens van
100 m. gemeten vanaf de strandpalen.
Deze regeling geldt voor het gebied ten
noorden van het Noordzeekanaal.
Daarbij wordt er dringend op gewezen
vooral niet te bezuinigen op de onder
houdskosten per eenheid te verrichten
werk
Maar de grootste vijanden van de
helmplanten zijn de konijnen. De voor
keur van de konijnen gaat uit naar jonge
planten, waarbij dan de wortels worden
afgeknabbeld; de konijnen zijn daarop
vooral belust als er nachtvorst over is
gegaan.
Over de kosten wordt het volgende opge
merkt: 'Men kan aannemen dat voor de
beplanting van een HA naar gelang van
omstandigheden 50 a 70.000 misschien
noodig zijn. Indien helm in de nabijheid
te verkrijgen is en de gronden tamelijk
vlak zijn, dan kan een HA voor ongeveer
f90,- a f95,- beplant worden. Is evenwel
de afstand, waarover de helm moet wor
den aangevoerd, grooter, en zijn de hel
lingen steil zoodat de te steile kanten eerst
moeten worden afgestoken, dan kunnen
de kosten zeer goed het dubbele dier som
en zelfs meer bedragen.
Klachten zijn er ook over helmroof.
De helm wordt boven de grond afgesne
den of gesikkeld en de jonge halmen wor
den gebruikt voor het maken van matten
en kleinere vlechtwerkjes: de oudere helm
wordt gebruikt voor brandstof en voor
strooisel in varkenshokken.
Na de algemene beschouwingen wordt
ingegaan op de feitelijke toestand van de
beplantingen op de vaste wal van de pro
vincie. Op grond van de eigendomsverhou
dingen worden 25 gebieden vermeld gaan
de van zuid naar noord. Voor ons zijn
daarvan vier gebieden van belang; te weten:
- de duinen van de heer J.C. Gülcher,
- de duinen van de heer Jhr.J.P. Six,
- de duinen van mevrouw de Douairiëre
van Reenen van Bergen,
- de Rijksduinen onder Schoorl.