Stalhouderij „Kennemerland" C. KWANT, Tarief van 1 uni 1918 voor rijden vanaf Bergen-binnen naar - ris enige industrievestiging. Er kwam een kalkzandsteenfabriek, twee stoomzuivel- fabrieken en een puddingpoederfabriek. De kalkzandsteenfabrick had 20 a 30 arbeiders in dienst; zuivelfabriek Wilhelmina zeven a acht en zuivelfabriek Juliana gaf werk aan twee a drie arbeiders. De fabrieken verdwenen deels vóór, deels na de Tweede Wereldoorlog, terwijl het dorp ook later geen noemenswaardige industrie kende. Naast deze (kleine) industrie ontston den er ook enige op tuinbouw gerichte bedrijven, te weten planten- en bloem kwekerijen en een belangrijke groente-, bloem- en champignonkwekerij met drui- venkassen. Dit laatste bedrijf, waarvan de producten naar de Alkmaarse veiling gin gen, droeg de naam Bergen Nurseries Ltd. en besloeg een groot terrein in de hoek van Oosterweg en Kogendijk, waar achter later, omstreeks 1920, de wijk Tuindorp zich zou ontwikkelen. Het bedrijf verzorgde ook de aanleg en het onderhoud van tuinen, waarvoor een tuinarchitect aan de kwekerij verbonden was. De joodse eigenaar, R. Elion, maakte in het voorjaar van 1942 een eind aan zijn leven nadat er van de bezetters een bevel was gekomen dat de joodse inwoners Bergen moesten verlaten. Het bedrijf werd na de oorlog niet voortgezet. V er voermiddelen Zoals hiervoor reeds vermeld, kende Bergen vanzelfsprekend zijn stalhouderij en. Deze zorgden in het algemeen voor de stalling van rijtuigen en paarden, trans port bij trouwpartijen en begrafenissen, zadelpaardenverhuur en manegerijden. Toen het bezoek van dagjesmensen in Bergen en Bergen aan Zee vermeerderde en het aantal zomergasten door het open stellen van pensions meer en meer toe nam, begonnen de stalhouderijen zich toe te leggen op het te huur aanbieden van rijtuigen met koetsier (koetsjes), waarmee in het dorp en naar Bergen aan Zee of Schoorl rondritten konden worden ge maakt. In die tijd zag men dus veel koets jes in het dorp rijden, hetgeen kennelijk zodanig toenam, dat er een gemeentelijke verordening kwam, waarin de standplaat sen voor de rijtuigen werden bepaald en de rittarieven werden vastgesteld (retour- rit Bergen aan Zee, koets met één paard 5.-; landauer met twee paarden 7.50). Veel later, in de jaren dertig, na uitbrei ding van het autoverkeer, verdwenen de stalhouderijen uit het dorpsbeeld. Gefietst werd er al ruim voor 1900 en daarna kwamen vrij spoedig de eerste Breêlaan 24, Interc.-Telef. 22. Bergen. Per Victoria Per Landauer Enkele rit. Retour met 1 Enkele rit. paard. Retour met 2 paarden. Enkele] rit. Retour Schoorl 2.50 3.50 ƒ3.— ƒ4.- 4.50 6.- Groet 4.00 5.50 5. - 7.- 9.— Camperduin i 5.50 7— 7.— 9.- 9 12.— Bergen aan Zee 3.50 5 AM 6— 5.50 7.50 'tWoud, Bergen aan Zee 4.50 6.- 5.50 7.50 7- 9.— Egmond a/d. Hoef 4.50 6.- 5.50 7.50 7.— 9. Egmond aan Zee 5.50 7.50 6.50 9.— 8- „11 Alkmaar Station) 3.50 5.— 4.— 5.50 5.- 7.- Alkmaar (bpot of tram) 4 5.50 4.50 6.50 5.50 8- RONDREIZEN over: Egmond-binnen, Heiloo, Alkmaar 7.50 9.- ƒ12.- Egmond a/Zee 9.— „11 14.— Egmond-binnen, Castricum 10.- 12.- 15.— Schoorl, Koedijk, Alkmaar 7.— 8.- „10 Toeren per uur 3.— 4.— 5.- Visite-rijden per uur per coupé 2.50 3.- 4.— N.B. Voor retourrijden is uur wachten vrij, voorts wordt berekend met één paard f\.—, twee paarden f2 p. uur. Stalling bij het vertoeven is voor rekening van pas sagiers, evenals tol- of pontveerkosten. In de periode 1910-1915 werd een voordien nog groene vlakte omgevormd tot de Stationsstraat met vele winkeltjes. Op de foto staan de huur koetsjes waarmee de gasten, die per tram of bus naar Bergen waren gekomen, zich naar hun hotel of pension lieten rijden (fotoarchief Piet Mooij, Bergen NH). 7

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Bergense kroniek | 1997 | | pagina 7