De duinen van Bergen omstreeks 1900 Tulpenkwekerij aan de voet van het Russenduin, 1912. Jacob van Reenen (met snor) en zijn vrouw (met parasol) te midden van de tulpen bedden (foto: kopie collectie A.L. van Reenen). watertoren met een inhoud van 80 m3 was deze klacht verholpen. In 1886 werd er 44.910 m' water opgepompt, in 1905 was dat reeds meer dan een half miljoen m'. Slings vermeldt dat omstreeks 1921 voor het eerst de één miljoen m3 werd over schreden (7). Dertig jaar later werd de maximale onttrekking van bijna zeven miljoen m3 bereikt. Om deze winning te kunnen realiseren werden overal in het duingebied ten noorden van de Zeeweg in de periode 1929-1964 werken uitgevoerd. Later werd de winning verminderd tot circa twee miljoen m' omstreeks 1969 en daarna tot één miljoen m3 per jaar thans. Slings vervolgt dat vroeger een derde deel van de duinen nat was, in vrijwel alle val leien kwam het grondwater 's winters aan of boven het maaiveld. Hij somt daarbij een aantal planten op die thans niet meer voorkomen. Het grondwater stond aan het begin van deze eeuw dan ook enige meters hoger dan nu. Het is overigens niet alleen de mens geweest die water heeft geconsumeerd, ook de sterk toege nomen beplanting heeft een niet onbedui dende rol gespeeld. Verder is het broeden van grielen tot het midden van deze eeuw het bewijs dat er ook droge plaatsen in het duin voorkwamen. In 1923, dus voor de grote verdroging, werd het aantal op vier a vijf paren geschat (8). Bebossing De naaldhoutbebossingen van de duinen in en nabij Bergen dateren allemaal of bijna allemaal uit deze eeuw. Volgens Steyn hebben er in de negentiende eeuw vrijwel geen duinbebossingen plaats gevonden De topografische kaart van omstreeks 1900 geeft voor de duinen in Bergen geen naaldhout aan. De op de kaart aangegeven beplantingen met loof hout waren waarschijnlijk reeds voor 1800 ontstaan. Albers heeft er op gewe zen dat vroeger begrazing van de bossen door vee normaal was (l0). Niet bekend is of dat in de duinen ook het geval is geweest en zo ja in welke mate. Het is opvallend dat noch Van Eeden in zijn bekende Onkruid noch Craandijk in zijn Wandelingen (l2) expliciet op de bos sen in de duinen van Bergen hebben gewezen. Wel heeft Van Eeden dat gedaan in een artikel uit 1875 waarin hij de bebossing in de duinen vergelijkt met de wildernis in Schoorl (l3). De bebossing van de duinen bij Bergen bestond uit ber ken (geplant of uitgezaaid) en uit eiken hakhout. Roos vermeldt dat het eiken hakhout in ruime mate voorkwam, omdat de schors waarde had doordat het looi zuur bevat dat in de leerlooierij gebruikt werd (l4). Dergelijk gebruik van eikenhak hout kwam volgens Schaper waarschijn lijk nog in de eerste helft van deze eeuw voor (l5). Toerisme Sedert de eeuwwisseling heeft het toeris me in Bergen een belangrijke rol gespeeld. Deze snelle ontwikkeling, zeker in verge lijking met buurgemeenten, kan worden toegeschreven aan de fraaie bebossing van de binnenduinrand, hooggeprezen door Van Eeden (l3), het ontstaan van de bad plaats Bergen aan Zee en aan de vrije toe gankelijkheid van het duingebied. Rus Vindplaatsen van enkele vochtminnen- de planten in de dui nen bij Bergen aan Zee in 1926 en 1977. a Gagel Moeraswespenorchis situatieschets Parnassia Knopbies 36

Tijdschriften Regionaal Archief Alkmaar

Bergense kroniek | 1997 | | pagina 36