Wie weet...?
De kaart van Hollands Noorder-kwartier
omstreeks 1300, uitgegeven in samenwer
king met de Rijksdienst Oudheidkundig
Bodemonderzoek, geeft de kustlijn aan in
bovengenoemde perioden, waaruit duide
lijk de grote kustteruggang blijkt afb.6
In het kustgebied van Egmond -
Bergen - Schoorl treedt vooral bij Noord
westerstorm erosie van het strand en het
aangrenzende duin op. Erosie van zandige
kusten is echter een normaal proces maar
het wordt pas onderkend als een pro
bleem wanneer er mensen gaan wonen.
Sinds 1990 vindt in ons gebied zandsup-
pletie op het strand en aan de vooroever
plaats om het door stormgeweld wegge
slagen zand aan te vullen. Bij een volgen
de stormperiode is echter het meeste sup-
pletiezand weer verdwenen. Om de kust
lijn hier in stand te houden zal dus zeer
frequent zandsuppletie moeten plaatsvin
den.
Klimaat
Een probleem dat ons mogelijk in de toe
komst te wachten staat is het zogenaamde
broeikaseffect. De door wetenschappers
berekende temperatuurstijging zal aan het
einde van de 21e eeuw een zeespiegelstij
ging van ongeveer 50 cm veroorzaken.
Deze stijging van het zeeniveau, waarbij
nog de daling van Nederland van 15 cm
per eeuw moet worden opgeteld, zal voor
grote problemen in de waterhuishouding
zorgen. Bijvoorbeeld de drainage van het
opgepompte polderwater naar zee zal nog
slechts mogelijk zijn door pompgemalen.
Een ander probleem is of de storm
vloedfrequentie door de klimaatsverande
ring zal toenemen. Het is zonder meer
duidelijk dat stormen de grootste schade
aan onze kustlijn veroorzaken.
Tenslotte nog een opmerking over de
hoogte en de frequentie van stormvloeden
langs de Nederlandse kust. Door Rijks
waterstaat wordt aangenomen dat een
superstorm, vergelijkbaar met februari
1953, slechts ééns in de 100.000 jaar voor
komt (artikel Alkmaarsche Courant 30
sept. 1995). Historisch onderzoek heeft
echter duidelijk gemaakt dat het niveau
van de Allerheiligen stormvloed, circa 5
m boven N.A.P., veel hoger was dan de
3,50 m verhoging tijdens de stormvloed
van 1953. We moeten concluderen dat een
superstormvloed mogelijk niet ééns per
100.000 jaar voorkomt, maar dat deze fre
quentie in honderd jaren kan gebeuren.
Het optimisme van Rijkswaterstaat over
deze grote tijdspanne zal moeten worden
herzien.
Literatuur
1. A. Schermer, Vondst van Fries aarde
werk uit het begin van de jaartelling
teBergen NH, Alkmaars Jaarboekje jrg. 3
(1967), bladz.129-132.
A. Schermer, Sporen van prehistorische
grondbewerking aan de kust bij Schoorl,
Westerheem jrg. VI (1957), bladz. 2-5.
2. H. Schoorl, Het kladboek van een
adspirant-landmeter en de kustafslag bij
Egmond aan Zee sedert 1665, Alkmaars
Jaarboekje jrg. 4 (1968), bladz. 128-136.
Verklaring van enkele vaktermen en
afkortingen
Pleistoceen en Holoceen. Het zogenaamde
Kwartair is het vierde en laatste tijdvak
waarin de lagen van de aardkorts zijn
gevormd. Het omvat twee perioden van
aanspoeling en aanslibbing: 1. het
Pleistoceen (vroeger diluvium geheten),
lopend van 2.000.000 tot 10.000 jaar gele
den. 2. het Holoceen (vroeger alluvium
genoemd), het jongste geologische tijdperk
lopend van 10.000 jaar geleden tot heden.
Paraboolduinenfase is de fase waarin de
de duinen hun paraboolvorm (toppen)
kregen.
Morfologie is de leer en beschrijving van
de vormen van het aardoppervlak.
N.A.P. Normaal Amsterdams Peil, de
gemiddelde waterhoogte bij Amsterdam,
ten aanzien waarvan men in Nederland
de hoogte bepaalt.
BP before present (vóór het huidige
tijdvak).
Toegegeven: de boerderij die in het
jongstleden meinummer op blz. 23 werd
afgebeeld, was niet zo gemakkelijk te her
kennen. Geen van onze lezers kon melden
waar deze stolp staat. Daarom nu het ant
woord: Wiertdijkje 10.
in september 1916 kreeg J. Modder
vergunning van de gemeente 'tot het
stichten van een Boerderij waarin woning
en stalling'. In 1921 droeg de stolp de sier
lijke naam 'Huize De Wiert'.
Op de foto zien we Jan Modder met
zijn vrouw Elisabeth Hoek en dochtertje
Al ie. De kap is sinds 1916 niet veranderd,
wel zijn onderbouw en indeling drastisch
gewijzigd. In 1969 kreeg de kunstenaar
Jaap Min, die er sinds 1947 woonde, ver
gunning tot verbouwing van de boerderij
tot atelier/woonhuis.
De nieuwe opgave is wederom niet
eenvoudig, maar de redactie twijfelt niet
aan de scherpzinnigheid van vooral de
oudere lezers. Wat is dit voor een
gebouwtje en waar stond hetUw ant
woord graag aan het redactieadres, zie
voorin het blad.
33