Het circus van Corty Althoff
Linksboven: In 1936
maakte Rein Bunkert deze
krijttekening van de
Alkmaarse kleinkunstenaar
Andries Kesselaar, beter
bekend alsAndré Carrell
(1911-1968). André Carrell
vormde voor de oorlog met
zijn drie broers het
revuegezelschap 'De Vier
K's'. Later trad hij ook op in
de shows van zijn zoon
Rudi.
Rechtsboven: Rudi Carrell
werd vooral bekend door
zijn televisieshows uit het
begin van de jaren zestig.
Hier een scène uit één van
die shows: kaasdrager Piet
Bambergen laat Rudi een
stukje echte Alkmaarse kaas
proeven.
Hierboven: Het draaiorgel
'De54 Bursens'aan de
Zandersbuurt in 1935. Van
links naar rechts poseren de
eigenaar Bram de Wilde,
zijn oudste zoon en zijn
vrouw.
Wilhelminalaan stonden meer dan tachtig
deputaties met hun vaandels opgesteld.
Tot slot werd een bezoek gebracht aan het
Victoriebeeld. De vice-voorzitter van de
ontzetvereniging, Nannes Gorter, sprak daar de
hoge gast toe en herinnerde daarbij aan haar vader
die op dezelfde plek in 1873, bijna vijftig jaar eerder,
aanwezig was geweest. Na een lange dag, en een
propvol programma, vertrok Wilhelmina en haar
gevolg weer met de koninklijke trein van het
station.
Voor haar was het misschien een dag als vele andere
geweest, voor de Alkmaarders was de gelegenheid
onvergetelijk.
In de jaren twintig van onze eeuw bereikte de
eeuwenoude Alkmaarse kermis een hoogtepunt.
De hele stad leek eind augustus wel bezet met
kermisspul. Het gedeelte van de Laat tot aan de
Bloemstraat stond vol kramen; evenzo de
Gedempte Nieuwesloot, het Hofplein, het
Kerkplein, de Schoolstraat en de Paardenmarkt.
Op de Stenenbrug over de Mient bezette de
poffertjeskraam Porton een strategische plaats. Het
gigantische fornuis voor de ingang, met vrouw
Hoefnagel er achter, trok de aandacht van heel wat
kermisklanten. Maar de grootste trekpleister stond
op het Doelenveld: het circus van Corty Althoff.
Dat trok altijd de meeste toeschouwers. Vooral de
paardendressuur ontlokte aan het publiek de
nodige enthousiaste reacties.
Het variété gooide ook hoge ogen, zoals de
paradetent van de zwaarlijvige Jantje Klein. Om
het publiek te lokken, vertoonden zijn artiesten
voorafgaande aan de voorstelling een glimp van
hun kunsten buiten op de vlonder en vriend Klein
prees met luide stem zijn 'troup' aan. De 'dajakker'
even verderop spuwde vuur en werd steevast